zondag 22 december 2019

Tom and Jerry - The Night before Christmas (1941)

'Tom and Jerry - The Night before Christmas' is een Amerikaanse komische tekenfilm uit 1941 en is de derde korte film dat werd gemaakt door William Hanna en Joseph Barbera. Deze film werd geregisseerd door William Hanna en Joseph Barbera, geproduceerd door Fred Quimby en geanimeerd door Jack Zander, George Gordon, Irven Spence en Bill Littlejohn. De film 'Tom and Jerry - The Night before Christmas' werd in 1941 genomimeerd voor Academy Award voor beste korte animatiefilm, maar verloor van de Mickey Mouse korte film 'Lend a Paw.'

Filmposter 'The Night before Christmas'
(1941)

Bijna iedereen, zowel jong als oud, kent Tom en Jerry uit de televisie. Tom en Jerry is een Amerikaanse tekenfilmserie en behoort tot één van de populairste animatieseries ter wereld. De serie draait om de rivaliteit tussen de huiskat Tom en de muis Jerry en bevat doldwaze avonturen en komische gevechten tussen het tweetal. Vaak gaat hun gevecht gepaard met extreme geweld. Het lukt Tom niet altijd Jerry te vangen, vooral vanwege Jerry's slimheid en geluk. Tom's vruchteloze pogingen om de muis te vangen lopen altijd op een enorme chaos uit en leiden tot kosmische kat -en muisachtervolgingen. Meestal wint Jerry van Tom. Desondanks hebben ze oprechte wederzijdse vriendschap en zorg getoond. Ondanks hun eindeloze aanvallen op elkaar hebben ze elkaars leven elke keer gered, als ze echt in groot gevaar verkeren. De tekenfilmserie is berucht om gewelddadige acties. Tom kan bijlen, hamers, vuurwapens, vuurwerk, explosieven, valkuilen en gif gebruiken om Jerry te doden. Aan de andere kant zijn de vergeldingsacties van Jerry veel gewelddadiger. Jerry houdt Tom's hoofd tussen een venster of een deur of stopt de staart van de kat in een wafelijzer of een stopcontact. Als het om een heftige gevecht gaat, vertonen Tom en Jerry sadistische neigingen, vooral omdat ze plezier hebben in het kwellen van elkaar. De muziek en geluidseffecten zijn zeker onmisbaar en spelen een grote rol in de korte tekenfilmpjes, als het om humor en actie gaat. Vanwege de buitensporige gewelddadige inhoud is de tekenfilmserie 'Tom and Jerry' vaak bekritiseerd. Echter zijn bloedige scenes in deze serie nooit vertoond. 



In de oorspronkelijke serie werden 114 afleveringen van 1940 tot 1957 door William Hanna en Joseph Barbera geproduceerd, waarvan er dertien werden genomineerd voor Academy Award voor beste korte animatiefilm en zeven gingen winnen. Tom en Jerry wonnen meer Academy Awards dan elke andere op personages gebaseerde tekenfilmserie. Maar de opkomst van de televisie in de jaren vijftig van de vorige eeuw veroorzaakte enkele problemen bij de MGM-teken-filmstudio. Als gevolg ervan werd er flink bezuinigd op de tekenfilmserie Tom en Jerry en de MGM-tekenfilmstudio was in 1957 gesloten. William Hanna en Joseph Barbera werden ook ontslagen. Ze begonnen later met hun eigen productiebedrijf Hanna-Barbera Productions dat zulke populaire televisieseries als The Flintstones, Yogi Bear, The Jetsons en Scooby-Doo ging produceren. Na 1957 waren er wel vervolgen van de serie 'Tom and Jerry', maar de eerste originele 114 tekenfilms uit de periode 1940-1957 worden als de tijdloze klassiekers en vooral de beste beschouwd en zijn bij jong en oud nog steeds zeer populair.

In het filmverhaal lijkt er tijdens de kerstavond niets aan de hand. Maar de muis Jerry komt uit een gat tevoorschijn en vermijdt een muizenval met kerstkado dat bij zijn hol is geplaatst. Dan ziet hij plotseling een kerstboom. En hij nadert de kerstkado's, springt vrolijk rond de boom, likt snoepstokken en springt op een speelgoedleeuw die piept. Jerry blijft op het zachte speelgoed springen, maar stuitert te hard en landt op de huiskat Tom die wakker wordt. Tom snauwt en grijpt Jerry. Eer hij Jerry kan opeten, grijpt de sneldenkende muis een nabijgelegen 'Do not open 'til Xmas' - sticker en snoert deze op Tom's mond. Boos zet Tom de achtervolging in, als Jerry op de vlucht slaat en tussen talloze speelgoed glipt. Dan ontstaan er hilarische toestanden. Aan het eind van de film verzoenen Tom en Jerry zich met elkaar en ze vieren de kerstavond. De film bevat ook een kerstboodschap dat je nooit iemand in de kou laat staan. Hier zijn de onderstaande drie delen van de kerstfilm 'Tom and Jerry - The Night before Christmas'

  
 
   

zaterdag 21 december 2019

Walt Disney presenteert Silly Symphony

Silly Symphony is een animatiereeks van 75 korte films die tussen 1929 en 1939 door Walt Disney geproduceerd werden. De serie valt op door zijn innovatie met Technicolor en de multiplane camera, een filmcamera die wordt gebruikt in het animatieproces en een aantal kunstwerken langs de camera met verschillende snelheden en op verschillende afstanden van elkaar beweegt. En het personage Donald Duck deed zijn eerste intrede in 'The Wise Little Hen' (1934). Even later verscheen Hiawatha ook voor de eerste keer in één van de Silly Symphony films. Hoewel de meeste personages in niet meer dan één filmpje uit de animatiereeks voorkomen, hebben Donald Duck, Hiawatha, de Grote Boze Wolf en drie kleine biggetjes wel hun vaste rol in aantal tekenfilms en stripalbums van Walt Disney gekregen. Zeven filmpjes uit de serie 'Silly Symphony' wonnen de Academy Award voor beste korte animatiefilm
                                      


De tekenfilmserie was binnen de animatieindustrie het meest bekend vanwege experimenten met animatieprocessen, technieken, personages en verhalen om de kunst van animatie te bevorderen. Het bood ook een kans om technische trucs uit te proberen, zoals Technicolor, animatie met speciale effecten en dramatische vertelling in animatie die van groot belang waren voor Disney's plannen voor het maken van lange tekenfilms. Walt Disney sloot een contract met Technicolor waardoor de Disney-studio exclusieve rechten kreeg op het kleurenproces. Technicolor is gespecialiseerd in het opnemen van films in kleur en staat alom bekend om zijn realistische beelden en verzadigbare kleuren. Dankzij het opnemen van films in kleur was de animatieserie 'Silly Symphony' een enorm succes. Het succes en de populairiteit van 'Silly Symphony' was enorm vergroot, toen 'Three Little Pigs' in 1933 werd uitgebracht. Deze tekenfilmpje was enkele maanden te zien in bioscopen. Bekend was het lied 'Who's afraid of the Big Bad Wolf?' uit de film. Het lied was tijdens de Grote Depressie in de Verenigde Staten een grote hit geweest.  De productie van Silly Symphony was in 1939 gestaakt. Hier zijn de onderstaande fragmenten van de vier tekenfilms uit de klassieke serie 'Silly Symphony':

Een fragment uit de film 'Babes in the Woods' (1932):


Een fragment uit de film 'The Night before Christmas (1933):


Een fragment uit de film 'Three Little Pigs' (1933):


Een fragment uit de film 'The Wise Little Hen' (1934):


zaterdag 14 december 2019

Georges Méliès, de Magiër van de Cinema

Georges Méliès was een Franse illusionist, filmmaker en pionier op het gebied van speciale effecten. Hij was ook een buitengewone visuele technicus die zeer handig gebruik maakte van speciale effecten voor zijn films. Niet voor niets wordt hij in het Frans 'Magicien du Cinéma' (Magiër van de Cinema) genoemd. Toen de eerste echte en door de gebroeders Lumière gemaakte films in 1895 in Parijs werden vertoond, was Méliès, een professioneel goochelaar, één van de enthousiaste toeschouwers. Na het zien van de sensationele bewegende fotocamera van Lumière besloot hij zelf films te gaan maken. Hij verwierf via een Engelsman een projector, bestudeerde het apparaat en bouwde hem tot een filmcamera om. En hij stichtte zijn eigen studio in de buurt van Parijs, schreef scripts, ontwierp ingenieuze sets en gebruikte acteurs om verhalen te filmen. Zo begon hij films te maken met slimme trucs en verbazingwekkende illusies. Dat deed hij met experimenten met stop motion, slow motion, dissolve, dubbele belichting, waarmee hij illusies in zijn films kon creëeren. Ze waren allemaal voortbouwend op Méliès' theatrale innovaties. De resultaten van Méliès' experimenten waren zeer verbluffend. Georges Méliès was een echte pionier die een sleutelrol in de cinematografische techniek had gespeeld. De Amerikaanse filmregisseur Martin Scorsese zei vol lof over Méliès;"Hij heeft alles uitgevonden. Eigenlijk heeft hij het allemaal uitgevonden."

Georges Méliès (1861-1938)

Van 1899 tot 1912 maakte Méliès meer dan 500 films. Met een intuïtie van een goochelaar wist hij illusie, komedie en pantomime als fantasiethema's op een speelse en absurde manier te combineren. En hij had zich ook gespecialiseerd in het weergeven van extreme fysieke transformaties van het menselijke lichaam zoals het uitvallen van hoofd en ledematen. Een voorbeeld van Méliès' weergaloze truc is de film 'L'Homme à la Tête en Caoutchouc' (vertaald: De man met het rubben hoofd) uit 1901. Een levensecht hoofd met bewegende gelaatstrekken wordt in deze film als een enorme ballon opgeblazen dat het uiteindelijk uit elkaar is gespat. Bekijk de onderstaande videoclip:



Verder experimenteerde Méliès kleur en superimpositions, waarbij meerdere beelden over elkaar werden gelegd. Dat deed hij in z'n eentje allemaal. Hij regisseerde films, schilderde decors in zijn eigen studio, bedacht goocheltrucs, liet zijn acteurs aan het einde van de filmvoorstelling buigen en acteerde zelf ook. Hij maakte ook gebruik van acrobaten en danseressen en vormde in z'n eentje een eigen orkest. Ook wist hij speciale effecten uit het theater op zijn films toe te passen. Hij was de meester van speciale effecten maar ook een machtig medium in het vertellen van verhalen. Om zijn speciale effecten wordt Georges Méliès een eeuw later nog steeds bewonderd. Zeer terecht schreef Laurent Manonni van La Cinémathèque Francaise; "De magie van George Lucas en Steven Spielberg zou vandaag niet mogelijk zijn geweest zonder Méliès' ontwikkeling van technieken in theatrale machinerie." Georges Méliès was niet alleen een illusionist, filmregisseur en acteur maar ook een producent, scenarioschrijver, editor en cinematograaf. Hij was ook de oprichter van zijn eigen productiemaatschappij 'Manufacture de Films pour Cinématographes', beter bekend als Star Film Company, en had in 1897 zijn eerste filmstudio van Europa gebouwd. 

Georges Méliès (links) in zijn eigen filmstudio in Montreuil

Onvergetelijk is het beeld van de landing van de raket in het oog van de maan, een allerbekendste scene uit Méliès' beroemdste film 'Le Voyage dans la Lune' (1902). Deze scene was een verbluffend staaltje van de filmtechniek van Georges Méliès. De film is gebaseerd op het boek van de Franse schrijver Jules Verne. Méliès bewees zichzelf gespecialiseerd te zijn in horror en science-fiction. Zijn films 'Le Voyage dans la Lune' (De reis naar de maan. 1902) en 'Le Voyage à Travers l'Impossible' (De onmogelijke reis. 1904), beide met vreemde en surrealistische reizen in de stijl van Jules Verne, worden beschouwd als twee van de belangrijkste vroege science-fictionfilms, hoewel ze ook genre fantasie bevatten. Méliès was vrijwel zeker geinspireerd door de boeken van Jules Verne, hoewel hij en Jules Verne tijdgenoten waren en nog nooit elkaar ontmoet hadden.

De landing van de raket in het oog van de maan... 

Een fragment uit de film 'Le Voyage dans la Lune':




De zon opent zijn mond om de vliegende trein te slikken...

Georges Méliès werd in Parijs geboren als zoon van een welgestelde schoenmaker. Zijn moeder was van Nederlandse afkomst. Op tienjarige leeftijd begon de jonge Georges al reeds met het bouwen van kartonnen poppenkasten en ging hij verder met het maken van nog verfijndere marionetten. Hij studeerde in 1880 met een baccalaureaat af aan het lyceum. In 1884 werd hij door zijn vader naar Londen gestuurd. In Londen bezocht  Georges het Egyptian Theater, gerund door de Londense goochelaar John Nevil Maskelyne. Gefascineerd door goocheltrucs besloot hij zelf ook goochelaar te worden. In het theater ontwikkelde Georges een levenslange passie voor toneelmagie - en kunst en visuele effecten. Hij leerde ook met mechanische automaten, valluiken en verlichting te werken. Ook trad hij voor het eerst als goochelaar op. Even later keerde hij naar Parijs terug. Toen zijn vader in 1888 met pensioen ging, verkocht Georges de schoenfabriek van zijn vader om het Théâtre Robert-Houdin op te kopen, waar hij zijn carrière als illusionist, filmreggiseur en acteur begon. In zijn eigen theater kon hij filmvoorstellingen geven. In de loop van jaren had Méliès meer dan 500 films uitgebracht. Zijn films waren niet alleen in Frankrijk maar ook in Amerika succesvol geweest. Ze maakten Georges Méliès beroemd. Méliès ontdekte echter dat zijn films illegaal werden gekopieerd in de Verenigde Staten en er veel geld met de illegale kopieën mee werd verdiend. De schending van het auteursrecht door de Amerikaanse producenten leidde ertoe dat Méliès het auteursrecht voor zijn eigen productiemaatschappij Star Film Company had aangevraagd. Ook opende hij samen met zijn broer Gaston Méliès een filiaal in New York.

Het portret van Georges Méliès


Boven en onder: twee posters van het Théâtre
Robert-Houdini van Georges Méliès


Vanaf 1905 ging het bergafwaarts met Georges Méliès en zijn bedrijf. Méliès kreeg geduchte concurrentie van Charles Pathé, die vanaf 1911 begonnen was met het vertonen van zijn films. Met Pathé had hij ook zakelijke conflicten. Bovendien was de filmindustrie helemaal veranderd en gecommercieeld en het nieuwe tijdperk van de wereldwijde cinema was ingeluid. Daardoor kreeg Méliès het steeds moeilijk om zich aan de veranderingen in de filmindustrie te passen. En de laatste drie films, die Méliès in opdracht van Pathé had geproduceerd, waren een flop. Hij ging failliet, kon zijn schulden niet betalen en verkocht zijn filmstudio. En zijn theater werd in 1914 gesloten. De oorzaken van de financiële ondergang van Méliès waren Amerikaanse filmpiraterij, gestandaardiseerde filmprijzen die in 1908 door de Motion Picture Patents Company werden vastgelegd, de toenemende concurrentie van filmmaatschappijen en de afnemende populairiteit van Méliès' fantasiefilms. Het publiek had geen behoefte meer aan fantasiefilms, iets wat Méliès niet kon begrepen. Hij kon zich niet voorstellen dat de smaak van het publiek veranderd is. En de Franse filmbedrijven Pathé, Gaumont en Éclair veranderden in corporaties, maar Méliès wilde zijn onafhankelijke bedrijf behouden en niet in een corporatie veranderen. Méliès zou gezegd hebben;"Ik ben geen corporatie. Ik ben een onafhankelijke producent!" In 1923 werd het theater Robert-Houdin afgebroken om plaats te maken voor de Boulevard Haussmann. In dezelfde jaar kon Pathé de filmmaatschappij en studio van Méliès overnemen. Uit pure woede, opgekropte frustraties en onmacht verbrandde hij alle negatieven en postieve afdrukken die hij nog in zijn bezit had. In 1925 raakte Méliès die financieel aan de grond was gegaan, alles kwijt en verviel hij in armoede. Samen met zijn vrouw ging hij in een kiosk in de grote hal van het station Montparnasse werken, waar hij snoep en speelgoed verkocht.

Georges Méliès in zijn kiosk in Montparnasse

Georges Méliès maakte een kleine schilderij van de raket in
het oog van de maan. De foto is in de kiosk van het station
Montparnasse genomen.

Rond dezelfde tijd werd Georges Méliès herontdekt, toen de Franse journalist Georges-Michel Coissac erin was geslaagd hem op te sporen en te interviewen voor een boek over de filmgeschiedenis. Coissac was de eerste filmhistoricus die het belang van Méliès voor de filmindustrie had aangetoond. Aan het eind van de jaren twintig van de vorige eeuw waren verschillende journalisten ook begonnen met het onderzoeken van Méliès en zijn meesterwerken, waardoor nieuwe belangstelling voor hem en zijn films aangewakkerd werd. Toen het aanzien van Méliès in de filmwereld weer begon te groeien, kreeg Méliès uiteindelijk ook erkenning. In 1929 werd er een gala voor hem georganiseerd. In oktober 1931 werd hij met de Franse Legioen van Eer geëerd, waarvan de medaille door de Franse filmmaker Louis Lumière aan hem werd uitgereikt. In 1932 namen Méliès, zijn kleindochter Madeleine en zijn tweede vrouw Jehanne d'Alcy hun intrek in een bejaardentehuis dat eigendom was van de Cinema Society, in Orly. Eind 1937 werd Méliès erg ziek en in het ziekenhuis opgenomen. Georges Méliès stierf tijdens een kortstondige ziekte op 21 januari 1938 op 76 jarige leeftijd en werd begraven op de begraafplaats Père Lachaise. Zijn nalatenschap wordt nog altijd in ere gehouden. Bovendien vormen de films van Georges Méliès een grote en belangrijke inspiratiebron voor zeer veel filmmakers. Charlie Chaplin noemde Méliés 'de alchemist van het licht.' Walt Disney die in 1936 het Legioen van Eer aangeboden kreeg, betuigde zijn dank aan Méliès en zei dat Méliès de mogelijkheden ontdekt had om poëzie binnen het bereik van de man op straat te plaatsen. Britse filmregisseur, cabaretier, scenarioschrijver, animator en acteur Terry Gilliam noemde Méliès 'de eerste grote filmtovenaar.' Zonder nalatenschap van Georges Méliès, de magiër van de cinema en de illusionist van het witte doek, zouden spectaculaire films met speciale effecten als Star Wars, Indiana Jones, Jurassic Park, Lord of the Rings, King Kong en nog veel meer zo goed als zeker niet gerealiseerd kunnen worden. Zonder magie van Méliès zouden deze films ondenkbaar zijn! In 2011 werd Martin Scorsese's film 'Hugo' als eerbetoon aan Georges Mélies uitgebracht dat het over het latere leven van Méliès ging. De rol van Méliès werd gespeeld door Sir Ben Kingsley, een gevierde Britse acteur en Oscarwinnaar. 

Ben Kingsley (links) als Georges Mélièrs en Asa Butterfield
(rechts) als Hugo in de film 'Hugo' (2011)
 

Filmografie:

Georges Méliès had ongeveer 520 films tussen 1896 en 1912 gemaakt en zijn films bevatten verschillende genres, waaronder fantasieën, komedies, satires, melodrama's, erotiek en fantasievolle reizen. Zijn werken worden vaak beschouwd als de belangrijkste voorlopers van de moderne cinema. Veel van Méliès werken zijn verloren gegaan. De oorzaken zijn de vernietiging van Méliès' oorspronkelijke negatieven, de inbeslagname van het theater door het Franse leger en de verslechtering van de beeldkwaliteit van de films die vóór 1950 waren gemaakt. Vandaag bestaan er nog ongeveer 200 van de 520 films van Georges Méliès. Af en toe duiken Méliès' films op, die per toeval zijn ontdekt. Maar de meeste films die goed bewaard zijn gebleven, zijn afkomstig uit de Amerikaanse Library of Congress, omdat Méliès' broer Gaston elk afdruk van alle nieuwe starfilms inleverde om het auteursrecht te behouden, toen hij in 1902 de filiaal van Méliès' eigen productiemaatschappij Star Film Company in Amerika had geopend. In de afgelopen tien jaar zijn veel fragmenten van Méliès' films opnieuw ontdekt en worden ze voor het eerst op Blu-ray schijven gepresenteerd. Ze waren opgenomen uit de beste archiefmaterialen en met behulp van meest geavanceerde technologie gerestaureerd. Lobster Films, gevestigd in Parijs, de geboortestad van Georges Méliès, heeft de beste elementen voor elk van deze films gescand en een uitgebreide digitale restauratie uitgevoerd, de afbeeldingen gestabiliseerd en vervaagde kleuren opnieuw gedigitaliseerd. De unieke nitraat handgekleurde printen en originele camera-negatieven waren door grote archieven als Library of Congress, EYE Film Institute, Cinémathègue Francaise en Národní Filmovy Archiv, en particuliere verzamelaars over de hele wereld beschikbaar gesteld. De gerestaureerde collectie van Méliès' films zijn nu op Blu-ray en DVD te zien. Zowel Blu-ray als DVD met 'Méliès - Fairy Tales in Color' als de titel is nu overal verkrijgbaar.

Cover Blu-ray 'Méliès - Fairy Tales in color'

Een ovezicht van enkele belangrijke films:

Jeanne d'Arc                                      (1900)
L'Homme Orchestre                         (1900)
L'Homme à la Tête en Caoutchouc (1901)
Le Voyage dans la Lune                   (1902)


Le Voyage à Travers L'Impossible (1904)



Vingt Mille Lieues sous les Mers     (1907)
A la Conquête du Pôle                      (1912)


                

maandag 9 december 2019

Tarzan of the Apes (1918)

'Tarzan of the Apes' was één van de meest succesvolle films van de 20ste eeuw en behoort nu nog steeds tot de klassieke films. Het was de eerste Tarzan-film ooit gemaakt en is gebaseerd op de roman van Edgar Rice Burroughs. Bovendien behandelt deze film alleen het eerste deel van Burroughs' roman. De rest wordt weggelegd voor het vervolg van de Tarzan-film 'The Romance of Tarzan.' Van alle Tarzan-films wordt 'Tarzan of the Apes' beschouwd als meest trouw aan de originele roman van Edgar Rice Burroughs. Het was ook de enige film dat natuurgetrouw was verfilmd. 

Filmposter 'Tarzan of the Apes'
(1918)

De film werd geregisseerd door Scott Sidney en geproduceerd door William Parsons. Verder werd 'Tarzan of the Apes' in 1917 gefilmd in Morgan City, waarmee het de eerste lange speelfilm werd gemaakt op een locatie in Louisiana. In feite was 'Tarzan of the Apes' de eerste speelfilm, die buiten Hollywood werd gefilmd. Het gebied rond Morgan City, the Atchafalaya basin (het grootste moeras in de Verenigde Staten), werd als filmlocatie aangewezen om de jungle-scènes te filmen. Zuid-Louisiana werd voor de Tarzan-film om een aantal redenen gekozen. Ten eerste waren de medewerking van de inwoners van Morgan City, de weelderige jungle-achtige vegetatie van de Atchafalaya bassin, de waterwegen, de uitstekende faciliteiten zoals hotels, een spoorwegnetwerk en een aangrenzend opslagmagazijn, enz. zeer geschikt voor de filmopnames. Want in het begin van de 20ste eeuw waren de kosten van reizen over het land zeer onbetaalbaar geweest. Daarom was een gevestigd spoorwegsysteem noodzakelijk om vijf gesloten goederenwagons met dure apparatuur en kostuums van Californië naar Louisiana te vervoeren. Ten tweede leken de bossen en moerassen van het Atchafalaya bassin erg op de 'met mos beladen' jungle die in Burroughs' roman werd beschreven. Ten tweede werden meer dan 300 Afro-Amerikanen ingehuurd om als Afrikaanse inboorlingen in de film te kunnen spelen. Ten derde had de Kamer van Koophandel in Morgan City geen kosten in rekening gebracht voor het recht om in het gebied te filmen. Op 6 juni 1916 werden de filmrechten voor 'Tarzan of the Apes' door Edgar Rice Burroughs verkocht aan de National Film Corporation of America. Burroughs ontving een record voorschot van 5000 dollars contant, $ 50,000 aan bedrijfsaandelen en vijf procent van de opbrengsten van de film. (Bron: ERBzine, Encyclopedia Louisiana)

Filmposter 'Tarzan of The Apes' (1918)

Een lobbykaart

De hoofdrollen van de film werden gespeeld door Elmo Lincoln (1889-1952), Enid Markey (1894-1981) en Gordon Griffith (1907-1958). De rol van de jonge Tarzan werd gegeven aan Gordon Griffith, één van de eerste kindacteurs in de Amerikaanse filmindustrie. Gordon Griffith was eigenlijk al een professioneel acteur toen hij op z'n zevenjarige leeftijd zijn eerste rol kreeg in een filmserie. Op tienjarige leeftijd begon Gordon al de jonge Tarzan te spelen. In de Tarzan-film moest hij eigen stunts doen zoals bomen klimmen, slingeren met de lianen. Ook moest hij nauw samenwerken met een chimpansee. Ook deed hij naaktscenes in de eerste helft van de film. Voor Gordon Griffith was de film 'Tarzan of the Apes' zijn grote doorbraak. En de rol van de volwassen Tarzan werd gespeeld door Elmo Lincoln (zijn ware naam is Elmo Linkenhelt). Oorspronkelijk werd de rol van Tarzan gespeeld door Stellan Sven Windrow, de zoon van Zweedse immigranten, Sven Vindruvva en Anna Malmqvist Holm. Stellan Sven Windrow was een uitstekende zwemmer en werd als eerste acteur voor de rol van Tarzan gecontracteerd. Het filmen werd echter afgebroken toen de Verenigde Staten aktief deelnam aan de Eerste Wereldoorlog en Stellan nam onmiddelijk dienst bij de Amerikaanse marine. Hij werd vervangen door Elmo Lincoln. Elmo Lincoln had al een reputatie als een sterke man in Hollywood vanwege zijn rol als de Mighty Man of Valor in de klassieke film 'Intolerance' (1916). Hij woog 95 kilo toen hij als Tarzan begon te spelen. Door zijn optreden als Tarzan in de film werd hij razend populair bij de jeugd. In de ogen van velen, vooral kinderen, was Elmo Lincoln de personificatie van Tarzan. Verder werd de rol van Jane gespeeld door Enid Markey. 'Tarzan of the Apes' was vooral voor Elmo Lincoln en Gordon Griffith een persoonlijk succes, wat hen de mogelijkheid gaf om in andere films verder te kunnen spelen. Hun aanwezigheid kon gegarandeerd worden in drie vervolgfilms: 'The Romance of Tarzan' (1918), 'The Son of Tarzan' (1920), 'The Adventures of Tarzan' (1921).

Hoofdrolspelers van de film: Elmo Lincoln (links), Enid
Markey (midden) en Gordon Griffith (rechts)
 

'Tarzan of the Apes' was een enorm succes dat bijna in elk bioscoop in elke Amerikaanse stad vertoond werd. In 1918 kostte een bioscoopkaartje ongeveer vijf tot zeven cent, maar mensen betaalden tot $ 2,50 om de Tarzan-film te zien. Met een kaartverkoop van meer dan 1 miljoen dollar bij de binnenlandse box-office in zijn eerste release behoort 'Tarzan of the Apes' tot de top tien van meest succesvolle films in het tijdperk van de stomme films (bron: Encyclopedia Louisiana). De opbrengst van deze film bedroeg zeker 1500.000 dollar. 'Tarzan of the Apes' is een kassawinnaar die een eeuw overspant, zoals historicus Marea Donnelly van The Daily Telegraph opgemerkt had. Zoals vele Amerikaanse films van die tijd werd 'Tarzan of the Apes' ook onderworpen aan staatscensuur. Enkele 'aanstootgevende' scenes werden uit de film verwijderd.

Een scene uit de film 'Tarzan of the Apes'

Het filmverhaal speelt zich af in Afrika, toen John en Alice Clayton, lord en lady Greystoke, aan boord van een schip, de Fuwalda die hen naar Afrika voert, komen, breekt er een muiterij onder de bemanning uit. Het schip wordt door de muiters overmeesterd en de muiters willen lord en lady Greystoke nu vermoorden.  Echter weet de zeeman Binns het leven van het echtpaar Greystoke te redden. In plaats daarvan worden lord en lady Greystoke op de Afrikaanse kust achtergelaten. Even later bevalt Alice van hun zoon. Na de geboorte van Tarzan komen John en Alice op 'n tragische wijze om het leven, waarna hun zoontje wordt geadopteerd door de apin Kala, die hem liefdevol opvoed als haar zoon. De jonge Tarzan groeit bij de apen op en wordt uiteindelijk hun koning als hij volwassen is geworden. Ondertussen keert de zeeman Binns die  tien jaar lang gevangen wordt gehouden door de Arabieren, naar de jungle terug, in hoop het echtpaar Greystoke te vinden, ontdekt hij per toeval Tarzan. Hij reisde naar Engeland om het goede nieuws te vertellen aan Tarzans familie. Een expeditie onder de leiding van professor Porter wordt naar Afrika uitgezonden om Tarzan op te sporen. Ondertussen wordt Kala, de stiefmoeder van Tarzan, vermoord door een jager van een Afrikaanse stam. Op zijn buurt wordt de jager gedood door de volwassen Tarzan. Dit leidt tot een heftige vete tussen Tarzan en een Afrikaanse stam. Wanneer de expeditie van professor Porter in Afrika aankomt, ontvoeren de inboorlingen Porter's dochter Jane. Tarzan redt Jane en de romance tussen hen bloeit. 

Een fragment uit de film: 

     

vrijdag 6 december 2019

Kari Lente: Mysterie rond Caramello

Kari Lente is een stripfiguur en een hoofdpersonage in de bekende stripreeks 'Kari Lente.' Oorspronkelijk was de titel van de stripreeks 'Kari Lente lost het op' dat tussen 1962 en 1994 in de Belgische krant Gazet van Antwerpen verscheen. Kari Lente was gecreëerd en getekend door de Belgische striptekenaar, illustrator, schilder en beeldhouwer Bob Mau (1926-2006). Bob Mau tekende niet alleen stripfiguren maar bedacht ook scenario's voor stripverhalen. Zijn creatie Kari Lente was zeker de langlopende en onafgebroken stripreeks in de krant Gazet van Antwerpen. Er waren ook stripverhalen in albumvorm uitgegeven. Vanaf 1989 verscheen Kari Lente in kleur en de echtgenote van Bob Mau werd de colorist. In totaal werden 145 stripverhalen van Kari Lente uitgegeven.

Kari Lente speelt de hoofdrol in de gelijknamige stripverhalen. Ze is een sympathieke en slimme journaliste. Samen met haar trouwe kat Titus en collega Bikkel beleeft ze heel wat avonturen. Het onderstaande stripboekje 'Kari Lente: Mysterie rond Caramello' werd in 1971 als Knorr boekje door Uitgeverij Cosmonda Voedingsmiddelen N.V. uitgegeven, met de bedoeling om Knorr soepen te promoten.